IK WIL TERSCHELLING EIGENLIJK NIET AF, ALLEEN VOOR VOLKSDANSEN”
Eilander portret van Willem Cupido door Cora Nieveen
Kruidenier Willem Cupido (87 jaar) en zijn vrouw Ans vertellen enthousiast over hoe volksdansen een grote invloed heeft gehad op het leven van Willem. Een leven op Terschelling met een zware start, hard werken tot zijn 82ste en actief in het verenigingsleven.
Ik zit al 60 jaar op volksdansen. Op mijn 18e ben ik begonnen bij de jongerengroep. Volksdansen is mijn lust en mijn leven. Het is er allemachtig gezellig. Elke veertien dagen op zaterdagavond. Er kan geen tv-programma zo belangrijk zijn als volksdansen. Je leert het dansen van iemand die het goed kan en na wat drankjes, gaat het ook makkelijker. Er zijn altijd minder mannen dan vrouwen, dus vraag ik steeds een andere dame. Ook de oudere dames, als is het wel een probleem om ze in de rondte te krijgen. Walsen is mijn favoriete dans. Ik kijk bij de wals wel altijd wie er goed kan walsen, die kies ik dan uit.
Volksdansen opent de weg naar de wereld buiten Terschelling
De volksdansgroep Terschelling reist ook naar Texel, Sneek, Noorwegen, Helgoland en Italië voor optredens. In Friesland zit de volksdansfederatie en die regelt deze reizen. Helgoland vind ik zo mooi en daarom zijn Ans en ik hier later ook vaak naartoe gegaan. Verder wil ik Terschelling niet meer af, alleen voor volksdansen.
Willem club
Ik ben ook lid van de Willem club omdat ik Willem heet, op Terschelling woon, ouder dan 18 ben en tegen drank kan. Dat zijn de regels. Elke laatste zondag in augustus is het Willemdag. Ik vind het leuk dat ik dan mensen spreek die ik normaal niet zie. We hebben een Willemvlag met een koninklijke W, een eigen logo en een lied. Het gaat op Willemdag om eten, drinken en gezelligheid. Afgelopen jaar zijn we met brommers op pad gegaan. Ik heb zelfs Willem kleding: een blauw vest met logo en een stropdas.
Geen gezelligheid vroeger thuis
Als ik terugkijk op mijn leven had ik het vroeger niet gezellig. Ik ben geboren in Formerum en woonde daar samen met mijn moeder bij de moe van mijn moeder. Mijn moeder had een kruidenierswinkel en ging met manden langs de deuren. Mijn vader had een boerderij in Lies met een paar koeien. Vlak voor de oorlog verhuisde mijn moeder met de winkel naar Lies. Ik bleef bij oma wonen. Mijn andere oma woonde in Lies en was zwaar gelovig. We mochten daar niets op zondag. De oorlog kwam en het was een minne tijd. Geen gas, water, elektra en ‘s avonds binnen blijven.
In 1950 ging ik naar de kruideniersvakschool in Utrecht en daarna in dienst. Bij het kostgezin in Utrecht vond ik warmte en gezelligheid. Op een dag kreeg ik een brief van mijn zus dat mijn moeder mij miste of ik thuiskwam. Ik besloot om naar mijn moeder te gaan, maar er werd niet over gesproken waarom ik niet meer thuiskwam. Op een gegeven moment moest ik een keuze maken wat ik wilde. Ik besloot de kruidenierswinkel van mijn moeder over te nemen en kwam terug op Terschelling. Veertig klanten met elk een boodschappenboekje had ik. Hierin schreven zij hun boodschappen, drie keer in de week haalde ik ’s middags de boekjes op of vulden ze samen in. In de avond maakten Ans en ik de boodschappen klaar en volgende dag bracht ik ze rond.
Ik moet iemand hebben waar ik wat aan heb
Ans ontmoette ik op camping Oud Formerum waar ik bij de tenten ventte met boodschappen. Daar zat Ans met haar vriendin in een tent. Wat een knappe jongen dacht Ans meteen. Ik zag Ans ook maar keek hier met andere ogen naar. Schoonheid maakte mij niet, ik moest iemand hebben waar ik wat aan had. Dat is Ans. 55 jaar hebben wij samen de kruidenierswinkel/supermarkt in Lies opgebouwd en gerund. Ik ben pas op mijn 82ste gestopt. Wij zijn 62 jaar getrouwd en hebben vier kinderen, onze oudste dochter hebben wij helaas verloren. Wij hebben zo ook ons verdriet gekend. Ik ben blij met Ans, zij helpt mij ook sinds ik in 2015 ziek ben geworden. De chemo heeft veel met mijn lichaam gedaan. We genieten nu samen van wat we hebben opgebouwd en wij redden het samen thuis.
Eilander portretten
Van 5 tot 9 oktober 2020 volgden veertien mensen uit heel Nederland in de Folkshegeskoalle Schylgeralân, de volkshogeschool van Terschelling, een schrijfcursus onder de titel Eilander portretten. In enkele dagen werden de cursisten voorbereid op een interview met een bewoner van het eiland die vrijwel zijn of haar hele leven op dit Waddeneiland heeft doorgebracht. Hieronder het resultaat van de interviews in de vorm van een geschreven portret en een column.
Henk Tameling, docent/Stichting Over ’t Wad