De dynamiek van het Waddengebied heeft twee kanten: we kunnen genieten van het spel van wind en zee, de veranderende patronen op het strand en de duinen en de meanderende beekjes in de kwelders. Mens en dier ervaren ook al eeuwenlang de verwoestende kracht van overstromingen, springtij en verstuivingen. De zee geeft, de zee neemt. Elk Waddeneiland kent wel dorpen en nederzettingen die de kracht van de natuur niet hebben doorstaan en van de aardbodem zijn verdwenen in hoge en kolkende golven richting bodem van de zee. Deel 4 van een serie over verdronken Waddendorpen en nederzettingen op Schiermonnikoog.
Het kleinst bewoonde Waddeneiland van Nederland, tevens de kleinste gemeente van ons land, kent heden ten dage nog één dorp: Oosterburen dat vaker aangeduid wordt met Schiermonnikoog. Ooit waren er drie dorpen. Op Schiermonnikoog leerden de kinderen vroeger op school het volgende gedichtje:
Men vond hier ooit drie dorpen
Waarvan er twee zijn omgeworpen
Zelfs vindt men het grondgebied niet meer
De natuur met hare golven
Heeft ze al in zee bedolven
Daar waar men ze vond weleer
De ontwikkeling
Omstreeks 1400 kwamen de eerste bewoners naar het eiland: de grijze of schiere monniken van Abdij Klaarkamp in Rinsumageest. Door hun toedoen kreeg het eiland een uithof, een klooster, met een parochiekerk (1465). De monniken en de lekenbroeders legden dijken aan waardoor landbouw op het eiland mogelijk werd. In de loop der eeuwen ontstonden drie dorpen, verdeeld over oost en west: Oosterburen en met aan de westkant van het eiland: Westerburen en Dompen. Het zijn deze twee dorpen die in de 18e eeuw verdwenen.

kaart 1811
Westerburen moet op een plek ver in zee hebben gelegen op de locatie van het huidige Westerstrand. De stichter van dit dorp is Johan Willem Stachouwer geweest. Hij kocht het hele eiland in 1638 van de Staten van Friesland voor 18151 toenmalige guldens. Stachouwer, afkomstig uit het Gooi en eigenaar van Slot Ruysdael, liet o.a. het slot Rijsbergen en Huize Binnendijken bouwen. Dit kasteeltje kan als het begin van Westerburen gezien worden.
De westkant is geen lang leven beschoren geweest. Al in 1570 moesten hier de woningen verlaten worden vanwege de westenwind en westelijke zeestroming. Op een kaart uit de 17e eeuw staan nog een kerk, een molen en veertien huizen. Vanaf 1650 kwamen de huizen op het westen steeds vaker onder water te staan en vanaf 1717 werd het ene na het andere huis door zware stormen weggeslagen. Noodgedwongen begon men meer naar het oosten huizen te bouwen. Zo verhuisde men naar Oosterburen en het buurtschap Dompen, iets ten zuiden waar nu de Westerplas is.
Vanaf 1720 was bijna geheel Westerburen verlaten. Er was één vrouw die het dorp niet wilde verlaten: freule Catharina Maria Stachhouwer. Ze bleef als laatste dorpsbewoners stug wonen in Huize Binnendijken. In 1760 verdwenen de laatste huizen en de parochiekerk in zee. Het einde van het dorp was ook haar einde. Ze stierf op 78 jarige leeftijd in 1761.
Van Stachouwer naar Van der Werff
In de gelagkamer van het huidige hotel Van der Werff is een wapensteen gemetseld met het wapen van de familie Stachouwer. De steen is afkomstig van Huize Binnendijken. Toen het dorp Westerdijken werd verzwolgen door de zee, is de steen overgebracht naar het voormalig ‘Recht-, Raad- en Posthuis’. Op de plaats van het huidige hotel stond vanaf 1726 een klein recht- en raadhuis dat in opdracht van de toenmalige eigenaar van het eiland, de familie Stachouwer – werd gebouwd. De geschiedenis van het huidige hotel Van der Werff begint eigenlijk in 1726 toen het raadhuis De Herbergh werd genoemd.
Een nieuwe versie van dit gebouw verrees op de huidige hoek Middenstreek-Reeweg. Freule Stachouwer betaalde dit raadhuis. In 1813 werd het gebouw postkantoor en in 1852 ook wachtlokaal voor de veerboot. De passagiers werden met karren naar de boot gebracht. De toenmalige eigenaar De Boer liet een extra etage op het logement bouwen en vanaf toen heette het Hotel De Boer. In 1913 kocht Sake van der Werff dit hotel en kreeg het hotel de naam van de nieuwe eigenaar.
Nieuwe eigenaar van het eiland
De relatie van de familie Stachouwer met het eiland verdwijnt feitelijk als in 1858 de 24-jarige jurist John Eric Banck het eiland Schiermonnikoog voor bijna een ton koopt van de familie Stachouwer. Banck liet voor eigen rekening een nieuwe waddendijk aanleggen, waardoor in 1860 de Banckspolder ontstond. Banck was eigenaar tot 1893 toen hij het eiland voor 200.000 gulden verkocht aan de Duitse graaf Von Bernstorff. Deze adellijke familie is tot 1940 eigenaar van het eiland. De rest is geschiedenis met de Tweede Wereldoorlog en de periode daarna.

Graaf Berthold Hartwig van Bernsdorff, 1893-1906 eigenaar van het eiland
De monniken zijn terug
Na zevenhonderd jaar zijn de Cisterciënzer monniken terug op Schiermonnikoog. Na veel gesprekken en onderhandelingen hebben monniken van dezelfde orde als die van de 15e eeuw per 1 januari 2019 hun intrek genomen in Rijsbergen, de oude herberg en voormalige state van de familie Stachouwer. Een ronde cirkel van het zuiverste water op het kleinste eiland in de Waddenzee.
Bronnen:
Bert Stulp, Verdwenen dorpen, deel 4.
Wim Wennekes en Durk Reitsma, 100 jaar Hotel Van der Werff, 2014
Wikipedia, Schierweb